19 januari 2024
Formeel / Uit verzendadministratie moet blijken aan welk postvervoersbedrijf het stuk is aangeboden
X stelt dat hij geen kennisgeving van de naheffingsaanslag op zijn auto heeft aangetroffen. Het duplicaat van de aanslag heeft hij pas een maand na de verzenddatum ontvangen. De heffingsambtenaar van de gemeente Delft heeft een afschrift van zijn verzendadministratie overgelegd. In verzet oordeelt de rechtbank dat X het gerechtvaardigde vermoeden van ontvangst niet heeft ontzenuwd. De Hoge Raad overweegt dat de bewijslast voor de heffingsambtenaar inhoudt dat hij aannemelijk dient te maken dat het stuk aan een postvervoerbedrijf ter verzending is aangeboden, en aan welk postvervoerbedrijf. Door zonder hierover iets vast te stellen te oordelen dat de verzending van het duplicaat aannemelijk is gemaakt, geeft de rechtbank blijk van een onjuiste rechtsopvatting, of heeft ze haar oordeel onvoldoende gemotiveerd. Lees meer15 december 2023
Zuiveringsheffing / Kenbaarheid NEN-normen in afzonderlijk besluit
Het Algemeen Bestuur van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden heeft een “Besluit wijziging belastingverordeningen 2017” vastgesteld. In dit Besluit is de Verordening integraal opgenomen. De Verordening is ook los van het Besluit raadpleegbaar. In de Verordening is niet opgenomen dat of waar de normbladen ter inzage liggen, maar in het Besluit wel. Het hof oordeelde dat voor wat betreft de normbladen en daarmee de heffingsmaatstaf niet is voldaan aan de kenbaarheidseisen door de terinzagelegging (nieuwsservice 2022, week 41, ECLI:NL:GHARL:2022:8235). De klachten van het Dagelijks Bestuur betogen dat het hof het Besluit had moeten beschouwen als het ingevolge art. 73 Waterschapswet bekend te maken besluit. (...)Lees meer15 december 2023
Formeel / Verwijzing naar publiek toegankelijke bron is voldoende
De heffingsambtenaar van de gemeente Leidschendam-Voorburg heeft het deel van de Programmabegroting laten zien dat op de kostendekkendheid van de rioolheffing betrekking heeft en X erop gewezen dat de volledige tekst op internet kan worden ingezien. De verwijzing naar een publiek toegankelijke bron is volgens het hof voldoende en vergemakkelijkt bovendien het zoeken door de geboden zoekfunctie. De opvatting van X dat art. 8:42 Awb de heffingsambtenaar verplicht om de gehele Programmabegroting uit te printen en in papieren vorm in het geding te brengen, is volstrekt achterhaald nu het internet bijna 40 jaar geleden werd opengesteld, en de daarop verspreide informatie inmiddels voor eenieder toegankelijk is. (...) Lees meer01 december 2023
Formeel / Aan niet-overleggen zaakstukken kan worden voorbijgegaan
X stelt dat de heffingsambtenaar een aantal brieven als op de zaak betrekking hebbende stukken bij de rechtbank had moeten inbrengen. Het hof overweegt dat aan het niet-overleggen kan worden voorbijgegaan. Het hof acht zich, gelet op wat partijen over de brieven hebben aangevoerd, daarover voldoende geïnformeerd. X wordt hierdoor niet in zijn processuele positie benadeeld, want hij beschikt zelf over de stukken. Ook had X de stukken zelf aan de rechtbank kunnen verstrekken. Het enkele feit dat in de wet is bepaald dat een van beide partijen stukken aan de rechter moet verstrekken, ontneemt de andere partij niet het recht om bij te dragen aan een zo volledig mogelijke informatie van de rechter (nieuwsservice 2022, week 23, ECLI:NL:GHDHA:2022:836). De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond met toepassing van art. 81 RO.Lees meer24 november 2023
Formeel / Aanvang termijn voor herstel verzuim bij onjuiste adressering
In het beroepschrift van X is een kantooradres in Amsterdam van gemachtigde vermeld. De brief waarbij X in de gelegenheid wordt gesteld verzuimen te herstellen is verzonden naar een in het adressysteem van de rechtbank opgenomen adres in Groningen. Gemachtigde heeft de rechtbank om een week uitstel voor het herstel van de verzuimen verzocht, omdat de brief door de onjuiste adressering pas later is ontvangen. De rechtbank oordeelde dat X vóór het einde van de gestelde termijn, op de hoogte is geraakt van de noodzaak de verzuimen te herstellen, dat het na afloop van die termijn gedane verzoek om uitstel te laat is gedaan, en dat X ruim voldoende tijd heeft gehad om uitstel te vragen. De Hoge Raad oordeelt dat (...)Lees meer17 november 2023