19 juli 2022
Toeristenbelasting / Verblijf met overnachting tegen vergoeding in welke vorm dan ook
X exploiteert een camping in de gemeente Midden-Drenthe. Om een (eigen) stacaravan of chalet op een jaarplaats te kunnen plaatsen en daar te kunnen verblijven en overnachten, dient door personen aan X een jaarvergoeding te worden betaald. X stelt dat geen sprake is van het tegen een vergoeding houden van verblijf met overnachting, omdat geen directe relatie bestaat tussen het verblijven en overnachten enerzijds en de jaarvergoeding anderzijds. Dezelfde vergoeding is verschuldigd indien geen enkele nacht in de chalet/stacaravan wordt verbleven of overnacht. (...)Lees meer12 juli 2022
Reclamebelasting / Heffing vindt plaats van de feitelijk gebruiker
X is eigenaar van een bedrijfsverzamelgebouw in de gemeente Berkelland dat deels wordt verhuurd aan een yogastudio en een praktijk voor osteopathie. Beide huurders hadden borden aangebracht die zichtbaar waren vanaf de openbare weg. Ingevolge de verordening wordt een onroerende zaak afgebakend overeenkomstig art. 16 Wet WOZ, en wordt geheven van de gebruiker van de onroerende zaak. Volgens de heffingsambtenaar is sprake van onzelfstandige delen, en moet daarom de eigenaar worden aangeslagen. (...)Lees meer05 juli 2022
WOZ / Heffingsambtenaar hoeft in bezwaar geen taxatiematrix op te stellen
X stelt dat de heffingsambtenaar van BghU op grond van art. 40 lid 2 Wet WOZ een taxatiematrix moet overleggen. Het hof overweegt dat de heffingsambtenaar op grond van dit artikel niet vrij is te beslissen op welke manier hij die gegevens verstrekt. Voor deze gegevens geldt een toezendplicht op verzoek. Het gaat er hierbij om dat alle gegevens die ten grondslag liggen aan de vastgestelde waarde door de heffingsambtenaar worden verstrekt. Indien bij het vaststellen van de waarde gebruik is gemaakt van zo’n matrix, is de heffingsambtenaar verplicht om deze op verzoek te overleggen. (...)Lees meer14 juni 2022
Formeel / Uitbraak coronavirus is geen bijzondere omstandigheid die een verlenging van de termijn van berechting rechtvaardigt
De heffingsambtenaar stelt dat de behandelduur bij de rechtbank langer heeft geduurd door de Covid-19 pandemie. Alleen al het uitstel van de zitting van 15 juli 2020, in verband met de coronamaatregelen, tot in februari 2021, rechtvaardigt een verlenging van de termijn met 7 maanden. Het hof overweegt dat de uitbraak van het coronavirus in 2020 niet in algemene zin mag worden aangemerkt als een bijzondere omstandigheid die een verlenging rechtvaardigt van de termijn van berechting van 2 jaar die in de regel als redelijk is aan te merken. (...)Lees meer07 juni 2022
Formeel / Heffingsambtenaar heeft geen stukken achtergehouden
X beklaagt zich erover dat de heffingsambtenaar stukken heeft achtergehouden en dat de marktanalyse enkel tot een uur voor de hoorzitting voor hem ter inzage is gelegd. Gesteld noch gebleken is dat de heffingsambtenaar niet ten minste een week voorafgaand aan het horen voor X alle op de zaak betrekking hebbende stukken ter inzage heeft gelegd. X heeft van deze inzagemogelijkheid geen gebruik gemaakt. Nu X telefonisch is gehoord, is hij ook niet geschaad doordat in het uur voor de hoorzitting inzage in de stukken niet mogelijk was. Lees meer31 mei 2022