Bebording parkeerzone voldoende

De heffingsambtenaar van de gemeente Beverwijk heeft aan belanghebbende een naheffingsaanslag parkeerbelastingen opgelegd. De verplichting tot het voldoen van de parkeerbelasting op het te midden van het centrum tussen drie parkeergarages gelegen straatje blijkt uit bebording op zowel alle toegangswegen naar de betaald parkeren zone in het centrum als uit bebording in het centrum zelf.
Het hof is in tegenstelling tot de rechtbank van oordeel dat bij belanghebbende omtrent de verschuldigdheid van parkeerbelasting op de plaats en het tijdstip redelijkerwijs geen misverstand kon bestaan. Belanghebbende heeft gesteld in andere geparkeerde auto’s te hebben gekeken of in deze auto’s een parkeerkaartje zichtbaar was. Het betaalgedrag van andere autobezitters kan de verschuldigdheid van parkeerbelasting echter niet wegnemen. De omstandigheden dat op de plaats waar belanghebbende haar auto heeft geparkeerd geen parkeervakken op het wegdek waren aangebracht en dat er geen bord op de hoek van de straat was geplaatst waarop de verschuldigdheid van de parkeerbelasting was vermeld, acht het hof onvoldoende om tot een ander oordeel te komen. De bebording dat het centrum een betaald parkeren zone betreft is voldoende.