Parkeerkraskaart dient zo snel mogelijk geplaatst te worden

Tussen partijen staat vast dat eiser rond 11.59 uur, zijn auto heeft geparkeerd in het centrum van Zaltbommel, en dat ter zake van het parkeren parkeerbelasting is verschuldigd. Nadat eiser zijn auto had geparkeerd, is hij met zijn vrouw naar de woning van zijn zwager gelopen om een parkeerkraskaart te halen. Om 12.10 uur vulde eiser de parkeer kraskaart in. Daarna is eiser teruggelopen naar de auto om de kaart achter de voorruit te leggen. Om 12.01 uur is aan eiser een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd.
De rechtbank concludeert dat een parkeerder voldoende gelegenheid dient te hebben tot het verrichten van de uitvoeringshandelingen die voortvloeien uit de voorschriften van het parkeerkraskaartenboekje. Onder deze handelingen is tevens begrepen het in het voertuig plaatsen van de parkeerkraskaart. Daarbij dient in acht te worden genomen dat de parkeerder, nadat hij het voertuig heeft geparkeerd, een minimale tijd nodig heeft om de parkeerkraskaart op te halen bij de in het parkeergebied woonachtige bewoner aan wie een bezoek wordt gebracht.
Nu, naar eiser zelf heeft gesteld, hij bij de woning van de bewoner aan wie hij een bezoek bracht, enige minuten heeft gesproken over de gezondheidstoestand van die bewoner, kan naar het oordeel van de Rechtbank niet worden gesproken van een minimale tijd die benodigd is om de afstand tussen de parkeerplaats en deze woning en vice versa te overbruggen. De Rechtbank verklaart het beroep ongegrond.