Laden- en lossen, voeren van telefoongesprek

Tussen partijen is niet in geschil dat belanghebbende zijn voertuig gedurende een zekere aaneengesloten periode heeft stil gezet voor het voeren van een telefoongesprek, zonder dat sprake is van het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, zodat het Hof de ambtenaar volgt in zijn oordeel dat de naheffingsaanslag terecht aan belanghebbende is opgelegd. De omstandigheden dat belanghebbende tijdens het telefoongesprek de motor van het voertuig stationair heeft laten draaien en er op dat ogenblik meerdere parkeerplaatsen vrij waren, doen aan dat oordeel niet af. De omstandigheid dat belanghebbende niet de bedoeling had te parkeren maar alleen op veilige wijze zijn telefoongesprek wilde voeren en afronden, doet aan dat oordeel evenmin af nu het op bovenomschreven wijze stil zetten van een voertuig op grond van de Verordening een belastbaar feit oplevert en van een verkeersgevaarlijke situatie die belanghebbende noopte om op deze plaats te stoppen - nog afgezien van de mogelijkheid om bij optredend gevaar geheel af te zien van het voeren van een telefoongesprek - niets is gebleken. Het beroep is ongegrond. 

Terug naar kennisbank

Deze website maakt gebruik van cookies

De noodzakelijke cookies zijn nodig voor het functioneren van de website. De statistiek-cookies verzamelen geen persoonsgegevens en helpen ons de site te verbeteren. Overige cookies zorgen voor een optimaal werkende website inclusief embedded content. Bekijk het cookiebeleid.