Termijn dwangsom vangt aan bij ontvangst ingebrekestelling door bevoegd bestuursorgaan

X betoogt dat de ingebrekestelling door een onbevoegd bestuursorgaan (onderdeel van de gemeente Haarlemmermeer en niet van de gemeente Haarlem) is ontvangen en dat die datum bij het bepalen van de dwangsom uitgangspunt moet zijn. Het hof heeft geoordeeld dat het begin van de termijn waarover de dwangsom is verschuldigd is aangevangen op de datum waarop de ingebrekestelling door het bevoegde bestuursorgaan is ontvangen. De Hoge Raad overweegt dat het hof aan zijn beslissing ten grondslag heeft gelegd het oordeel dat art. 6:15 lid 3 Awb niet van toepassing is op een ingebrekestelling als bedoeld in artikel 4:17 lid 3 Awb die is ingediend bij een onbevoegd bestuursorgaan, en dat daarom als datum van ontvangst van de ingebrekestelling geldt de datum waarop het bevoegde bestuursorgaan dit stuk – na doorzending ervan op de voet van art. 2:3 Awb – heeft ontvangen. Dat oordeel is juist.