Houder lidmaatschapsrecht recreatiewoning terecht aangeslagen

Belanghebbende heeft een lidmaatschapsrecht in een vereniging dat recht geeft op exclusief gebruik van een recreatiewoning. Belanghebbende stelt dat op grond van de verordening van de gemeente Bergen geen individuele aanslagen rioolrecht kunnen worden opgelegd.
Het hof overweegt dat uit de verordening volgt dat de diverse individuele kavels van de recreatiewoningen ‘zelfstandige’ gedeelten van een perceel zijn ter zake waarvan het rioolrecht per afzonderlijk gebruikt gedeelte wordt geheven. Niet in geschil is dat de woningen op het perceel van de vereniging blijkens hun indeling zijn bestemd om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt. Ingevolge de verordening is iedere gebruiker van een (gedeelte van een) perceel belastingplichtig voor de rioolheffing. De verordening wijst degene aan die (het gedeelte van) het perceel krachtens (onder meer) persoonlijk recht gebruikt als ‘gebruiker’. Nu vaststaat dat de recreatiewoning van belanghebbende, evenals de recreatiewoningen van de overige leden van de vereniging, door middel van een “subriooltje” dat door de vereniging is aangelegd, is aangesloten op het gemeentelijke riool, komt het hof tot de conclusie dat de individuele leden van de vereniging moeten worden aangemerkt als ‘gebruikers’. Belangheb-bendes stelling dat “evident” sprake is van dubbele heffing, omdat ook aan de vereniging een aanslag is opgelegd, is niet juist. Nu die aanslag naderhand is vernietigd en het al betaalde bedrag aan de vereniging is teruggestort, is van dubbele heffing immers geen sprake.