Geen proceskostenvergoeding bij gerepareerd bevoegdheidsgebrek in de uitspraak op bezwaar

B&W van de gemeente Slochteren hebben aan belanghebbende leges in rekening gebracht voor het verstrekken van kopieën van stukken, maar waren niet bevoegd. De heffingsambtenaar heeft uitspraak gedaan op belanghebbendes bezwaar, waarbij de leges zijn gehandhaafd. In de uitspraak is niet beslist op belanghebbendes verzoek om een proceskostenvergoeding.
Het hof overweegt dat vaststaat dat de leges in rekening zijn gebracht door een niet tot heffing bevoegd bestuursorgaan. Een dergelijk bevoegdheidsgebrek vloeit niet voort uit schending van een vormvoorschrift. Daarom kan dit gebrek niet met toepassing van artikel 6:22 van de Awb worden gepasseerd (vgl. HR 24 december 2010, ECLI:NL:HR:2010:BO0396). Dat hoeft echter niet zonder meer te leiden tot vernietiging van het besluit dat door het verkeerde bestuursorgaan is genomen. Het bevoegde orgaan, de heffingsambtenaar, heeft het bestreden besluit op de voet van artikel 7:11 Awb aan een inhoudelijke beoordeling onderworpen en uitspraak op het bezwaar gedaan. Daarmee is het gebrek hersteld (vgl. HR 24 december 2010, ECLI:NL:HR:2010:BO0396). Nu het bevoegdheidsgebrek afdoende is gerepareerd en de heffingsambtenaar voor het overige geen aanleiding heeft gezien de primaire beslissing te herroepen, dient het bezwaar van belanghebbende ongegrond te worden verklaard. Voor een vergoeding van de proceskosten in de bezwaarfase is dan geen plaats.