Burenoverlast vindt zijn grondslag in de sfeer van de persoonlijke relaties

Belanghebbende heeft aangevoerd dat hij in onmin leeft met zijn buren en ernstige overlast van hen ondervindt. Deze overlast bestaat onder andere uit stalken en pesterijen van de kant van de buurvrouw waarbij onder meer voorwerpen in de tuin van belanghebbende worden gegooid. Belanghebbende heeft meermalen aangifte gedaan bij de politie, maar dit heeft geen effect gesorteerd. Belanghebbende verwijt de gemeente AA en Hunze dat zij niet adequaat in deze kwestie heeft opgetreden. Belanghebbende vindt dat zijn woongenot zodanig wordt aangetast dat de waarde van de onroerende zaak op nihil moet worden vastgesteld, omdat de woning onverkoopbaar zou zijn. De heffingsambtenaar is op de hoogte van het bestaan van het conflict tussen belanghebbende en de buren. De heffingsambtenaar kwalificeert belanghebbendes relaas als een subjectieve beleving. Op basis van informatie afkomstig van de politie is de heffingsambtenaar van mening dat sprake is van een burengeschil en dat dit geen belemmering hoeft te zijn voor potentiële kopers van de woning. De heffingsambtenaar heeft ter zitting, onbestreden, gesteld dat eind 2014 een paar woningen in dezelfde straat zijn verkocht. Deze transacties zijn volgens de heffingsambtenaar te ver van de peildatum gerealiseerd om als onderbouwing te kunnen dienen van de vastgestelde waarde, maar de gerealiseerde verkoopsommen liggen wel in de lijn van de vastgestelde waarde. Het is om die reden, aldus de heffingsambtenaar, waarschijnlijk dat er geen objectieve omstandigheid is die de waarde van de onroerende zaak negatief beïnvloedt.
De heffingsambtenaar heeft naar het oordeel van het hof met het taxatierapport en de daarin opgenomen referentieobjecten en de daarop gegeven toelichting in beginsel aannemelijk gemaakt dat de waarde van de onroerende zaak niet te hoog is vastgesteld. Ook in het licht van de door belanghebbende aangevoerde burenoverlast is het hof van oordeel dat de heffingsambtenaar aan de op hem rustende bewijslast heeft voldaan. Belanghebbende en zijn echtgenote hebben dezelfde overlastproblematiek in een procedure voor het hof al eerder aangevoerd. In die zaak (BK 12/00048) heeft het hof overwogen dat overlast en hinder van buren in het algemeen zijn grondslag vindt in de sfeer van de persoonlijke relaties. Enkel in de situatie dat er overlast is waardoor ook potentiële kopers zouden worden beïnvloed, in die zin dat zij op de peildatum voor de onroerende zaak een lagere prijs willen betalen, dient de overlast in de vastgestelde waarde tot uitdrukking te komen. Van een dergelijke situatie was naar het oordeel van het hof geen sprake. Het hof ziet in casu geen reden om op zijn eerdere oordeel terug te komen.
 

Terug naar kennisbank

Deze website maakt gebruik van cookies

De noodzakelijke cookies zijn nodig voor het functioneren van de website. De statistiek-cookies verzamelen geen persoonsgegevens en helpen ons de site te verbeteren. Overige cookies zorgen voor een optimaal werkende website inclusief embedded content. Bekijk het cookiebeleid.