Uitvoeringsovereenkomst is niet met terugwerkende kracht aangepast

De heffingsambtenaar van de gemeente Alphen aan den Rijn heeft een aanslag BIZ-bijdrage 2012 opgelegd van € 400. Na bezwaar is de aanslag gehandhaafd.
Voor de uitvoering van de activiteiten in de BIZ hebben de gemeente en de stichting Verenigde Ondernemers Centrum Alphen aan den Rijn in 2011 een uitvoeringsovereenkomst gesloten. Deze uitvoeringsovereenkomst is naar aanleiding van de uitspraak van Rechtbank Assen van 29 maart 2012 (LJN BW0841) bij besluit van 15 mei 2012 gewijzigd. De wijziging houdt in dat in de overeenkomst is opgenomen dat de subsidieontvanger verplicht is de activiteiten te verrichten waarvoor de subsidie wordt verstrekt.
De stelling van belanghebbende dat geen activiteiten hebben plaatsgevonden, stelt de rechtbank voor de vraag of de gemaakte afspraken tussen de gemeente en de stichting in lijn zijn met de wettelijke bepalingen. De gemeenteraad heeft in de Verordening de stichting aangewezen als subsidie ontvangende stichting als bedoeld in artikel 7 van de Wet. De gemeente heeft met de stichting een uitvoeringsovereenkomst gesloten. De heffingsambtenaar heeft beaamd dat ten tijde van het opleggen van de aanslag BIZ-bijdrage aan belanghebbende in de uitvoeringsovereenkomst geen bepaling was opgenomen die de stichting verplichtte de in die overeenkomst genoemde activiteiten te verrichten. Dat een dergelijke afdwingbepaling bij besluit van 15 mei 2012 alsnog in de uitvoeringsovereenkomst is opgenomen doet daar niet aan af. Gesteld noch gebleken is dat de uitvoeringsovereenkomst met terugwerkende kracht is aangepast. Dit leidt de rechtbank tot de conclusie dat in de Verordening geen vereniging of stichting is aangewezen waarmee een uitvoeringsovereenkomst is gesloten waarin is bepaald dat de subsidieontvanger verplicht is de activiteiten te verrichten waarvoor de subsidie is verleend. Hieruit volgt dat niet is voldaan aan de door de formele wetgever in het bepaalde in artikel 7, derde lid van de Wet neergelegde voorwaarde voor de BIZ-heffing. Voor het heffen van een BIZ-bijdrage bestaat derhalve geen wettelijke grondslag.
De rechtbank verklaart het beroep gegrond.