Geen bewijs dat definitieve aanslag is opgelegd

Aan belanghebbende is een voorlopige aanslag toeristenbelasting voor het jaar 2005 opgelegd. Na daartegen gemaakt bezwaar heeft de heffingsambtenaar van de gemeente Ameland belanghebbendes bezwaar ongegrond verklaard. De Rechtbank Leeuwarden heeft in eerste aanleg het beroep daartegen ongegrond verklaard.
In hoger beroep is in geschil de vraag of de aan belanghebbende opgelegde voorlopige aanslag toeristenbelasting dient te worden vernietigd wegens het ontbreken van een definitieve aanslag. Belanghebbende betwist dat aan haar een aanslag toeristenbelasting 2005, zijnde een besluit in de zin van artikel 3:40 Awb, is opgelegd.
Het hof overweegt dat op de heffingsambtenaar, als degene die de aanslag vaststelt en verzendt, in beginsel de bewijslast rust van de vaststelling en de toezending van de aanslag. Het hof acht de heffingsambtenaar niet in het bewijs geslaagd dat hij een definitieve aanslag toeristenbelasting heeft vastgesteld en het aanslagbiljet toeristenbelasting aan belanghebbende heeft toegezonden. De heffingsambtenaar heeft volgens het hof daarvoor geen enkel stuk in het geding gebracht. Volgens het hof mag van een bestuursorgaan verwacht worden dat het aan de hand van computeruitdraaien, schermprintjes of een ander bewijsmiddel aannemelijk kan maken dat de aanslag is vastgesteld en dat het een aanslagbiljet naar een bepaalde belastingplichtige heeft verstuurd. De heffingsambtenaar heeft echter zowel schriftelijk als mondeling ter zitting verklaard geen kopie van de aanslag te kunnen overleggen en evenmin enig ander stuk waaruit aannemelijk wordt dat aan belanghebbende een aanslag toeristenbelasting is opgelegd en toegezonden. De door de heffingsambtenaar hiervoor als reden opgegeven overgang op een ander belastingpakket komt, wat hier ook van zij, naar het oordeel van het hof voor rekening en risico van de heffingsambtenaar. Het hof voegt daaraan toe dat de termijn voor het opleggen van een definitieve aanslag inmiddels is verstreken, zodat de voorlopige aanslag dient te worden vernietigd. Het hof verklaart het beroep gegrond.