Bewijslast, parkeerkaartje

Met het inwerking stellen van de parkeerautomaat en het parkeerkaartje zichtbaar achter de voorruit van het voertuig leggen, heeft belanghebbende in het kader van parkeerbelastingen aan de verplichting voldaan om een voertuig op een bepaalde plaats te mogen parkeren. Voor het opleggen van een naheffingsaanslag parkeerbelastingen rust op de ambtenaar de bewijslast om te bewijzen dat de belasting niet op de voorgeschreven wijze op aangifte is voldaan en tevens niet is betaald. Nu het parkeerkaartje geen plaats in ruimt voor de vermelding van een kenteken of ander kenmerkend gegeven van de parkeerder, kan de omstandigheid dat belanghebbende geen getuigenverklaring kan overleggen dat hij zelf daadwerkelijk het kaartje heeft gekocht, niet aan hem worden tegengeworpen. Het beroep is gegrond.  

Terug naar kennisbank

Deze website maakt gebruik van cookies

De noodzakelijke cookies zijn nodig voor het functioneren van de website. De statistiek-cookies verzamelen geen persoonsgegevens en helpen ons de site te verbeteren. Overige cookies zorgen voor een optimaal werkende website inclusief embedded content. Bekijk het cookiebeleid.