Aanspraak op vergoeding proceskosten en griffierecht hoger beroep
De heffingsambtenaar van de gemeente Steenwijkerland heeft het bezwaar van belanghebbende tegen de WOZ-waarde ongegrond verklaard. De Rechtbank Zwolle-Lelystad heeft het beroep ongegrond verklaard. Het Gerechtshof Arnhem heeft het hoger beroep ongegrond verklaard.
In hoger beroep heeft belanghebbende gesteld dat hij niet de gelegenheid heeft gekregen om de door hem verdedigde waarde van de onroerende zaak te onderbouwen. Het hof heeft geoordeeld dat de uitspraak van de rechtbank in beginsel moet worden vernietigd, omdat uit de uitspraak van de rechtbank en de stukken van het geding niet blijkt dat de rechtbank zich ervan heeft vergewist dat de uitnodiging voor de zitting tijdig op het juiste adres is aangeboden. Het hof heeft echter geen aanleiding gevonden de uitspraak van de rechtbank te vernietigen, omdat belanghebbende door de gang van zaken niet in zijn verdediging is geschaad, nu hij zich in hoger beroep zowel schriftelijk als mondeling heeft kunnen uitlaten over hetgeen door de heffingsambtenaar naar voren is gebracht.
De Hoge Raad overweegt dat het hof kennelijk van oordeel is dat de zaak niet opnieuw door de rechtbank moest worden behandeld. Dit oordeel geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting en behoefde geen nadere motivering. Het hof had wel aanleiding moeten zien tot gebruikmaking van zijn bevoegdheid tot het uitspreken van een proceskostenveroordeling in hoger beroep en tot het gelasten van teruggave van het in hoger beroep betaalde griffierecht.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie gegrond en vernietigt de uitspraak van het hof voor zover daarin geen proceskostenveroordeling is uitgesproken.
DATUM:
13 januari 2012
ECLI:
ECLI:NL:HR:2012:BV0659
ZAAKNUMMER:
11/02031
INSTANTIE:
Hoge Raad