Geen belang bij cassatieberoep tegen oordeel rechtbank over dwangsom

Vanwege een gedeeltelijke teruggaaf van OZB heeft de heffingsambtenaar van de gemeente Midden-Groningen de aan X toekomende invorderingsrente bij beschikking vastgesteld op € 0,53. X heeft een ingebrekestelling ingediend wegens het niet-tijdig doen van uitspraak op bezwaar. De heffingsambtenaar heeft het bezwaar gegrond verklaard en de invorderingsrente op € 1 vastgesteld. X heeft beroep ingesteld vanwege het niet-tijdig nemen van een dwangsombeschikking. De rechtbank heeft het beroep niet-ontvankelijk verklaard omdat de heffingsambtenaar geen dwangsom kan verbeuren wegens het niet-tijdig nemen van een dwangsombeschikking. Uit de uitspraak blijkt dat uitbetaling van de dwangsom inmiddels heeft plaatsgevonden. Het tegen deze uitspraak ingestelde verzet is ongegrond verklaard. De Hoge Raad oordeelt dat X naar aanleiding van zijn ingebrekestelling een dwangsombeschikking verlangde wegens het niet-tijdig doen van uitspraak op bezwaar tegen de beschikking invorderingsrente. Dit kan echter niet tot cassatie leiden omdat uit de stukken blijkt dat de heffingsambtenaar de dwangsom al heeft uitbetaald. De ontvangst en de juistheid van de omvang ervan zijn in cassatie niet bestreden.  

Terug naar kennisbank

Deze website maakt gebruik van cookies

De noodzakelijke cookies zijn nodig voor het functioneren van de website. De statistiek-cookies verzamelen geen persoonsgegevens en helpen ons de site te verbeteren. Overige cookies zorgen voor een optimaal werkende website inclusief embedded content. Bekijk het cookiebeleid.