Na ingebrekestelling had X zich moeten realiseren dat de gemeente binnen twee weken uitspraak wil doen

In geschil is of de hoorplicht is geschonden. X heeft de heffingsambtenaar van de gemeente Rotterdam in gebreke gesteld. De rechtbank overweegt dat X zich had moeten realiseren dat dan de heffingsambtenaar binnen twee weken een uitspraak op het bezwaar zou willen nemen, en dat ook een hoorzitting zou worden gepland. Van een professioneel gemachtigde mag dan worden verlangd dat hij zich voldoende beschikbaar houdt. Na de ontvangst van de ingebrekestelling heeft de heffingsambtenaar voldoende inspanningen geleverd om een hoorzitting mogelijk te maken met het noemen van twee data en tijdstippen voor het houden daarvan. Van de gemachtigde mag een actievere houding verwacht worden om de hoorzitting mogelijk te maken. Er is geen sprake van schending van de hoorplicht. Daarbij is het niet aan X om de voorwaarden te bepalen waaronder een hoorgesprek dient plaats te vinden en bij het niet vervullen van die voorwaarden dan maar niet te verschijnen op de hoorzitting. Ten aanzien van de stelling van X dat de heffingsambtenaar gehouden was de op de zaak betrekking hebbende stukken aan haar toe te zenden, merkt de rechtbank op dat op grond van art. 7:4 Awb enkel een passief inzagerecht geldt.