Unit is aangesloten op gemeentelijke riolering en kan worden aangemerkt als garage

Belanghebbende is eigenaar van een unit van 40 m² die behoort tot een verzamelgebouw van 18 units, waarvan het overgrote deel gebruikt wordt voor opslag van goederen en stalling van caravans, auto’s en boten. De heffingsambtenaar van de gemeente Delfzijl heeft een aanslag rioolheffing opgelegd en het bezwaar hiertegen ongegrond verklaard. De Rechtbank Groningen heeft het beroep gegrond verklaard. De heffingsambtenaar heeft hoger beroep ingesteld en belanghebbende heeft incidenteel hoger beroep ingesteld. De heffingsambtenaar heeft gesteld dat de unit is aangesloten op de gemeentelijke riolering en dat hemelwater van het verzamel-gebouw daadwerkelijk via de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd. Hij heeft in dat verband een aantal foto’s en een (deel van een) bouwtekening overgelegd, waarop één (inpandige) standpijp voor de afvoer van hemelwater van het dak van het verzamelgebouw is aangegeven. Partijen hebben eenparig ter zitting van het hof verklaard dat bij visuele waarneming ter plekke geen uitpandige standpijp van het dak is waar te nemen. Naar aanleiding van deze verklaring, de foto’s van het verzamelgebouw, de bouwtekening en de toelichting van de heffingsambte-naar, acht het hof aannemelijk dat het hemelwater wordt afgevoerd via de gemeentelijke riolering. Gelet hierop heeft de heffingsambtenaar aannemelijk gemaakt dat er water direct of indirect op de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd.
In incidenteel appel heeft belanghebbende naar voren gebracht dat de unit een garagebox is waarvoor een verlaagd tarief geldt. De verordening verstaat onder garagebox, een overdekte stallingsruimte bestemd en geschikt voor motorrijtuigen op meer dan 2 wielen, zoals bedoeld in de uitvoering van de Wet WOZ onder de code 1700 (garage). De heffingsambtenaar heeft aangegeven dat de “uitvoering Wet WOZ” niet een voorschrift of andere op schrift gestelde regeling betreft, maar dat uitsluitend gerefereerd wordt aan in de praktijk bij de waardevaststel-lingen gehanteerde codering. Voorts heeft de heffingsambtenaar verklaard niet een definitie van “garage” of “garagebox” te hanteren in het kader van die codering en heeft evenmin een vindplaats van het stelsel van de codering aan kunnen geven noch een afschrift daarvan overgelegd. Belanghebbende heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat de unit kan worden aangemerkt als een garagebox. Dat de unit ook kan worden aangewend voor de opslag van andere zaken, doet daaraan niet af.
Het hof verklaart zowel het hoger beroep als het incidentele hoger beroep gegrond.
 

Terug naar kennisbank

Deze website maakt gebruik van cookies

De noodzakelijke cookies zijn nodig voor het functioneren van de website. De statistiek-cookies verzamelen geen persoonsgegevens en helpen ons de site te verbeteren. Overige cookies zorgen voor een optimaal werkende website inclusief embedded content. Bekijk het cookiebeleid.