Weigering hoorzitting ter plaatse

Belanghebbenden hebben te kennen gegeven door de heffingsambtenaar te willen worden gehoord. De heffingsambtenaar van de gemeente Bronckhorst heeft aangekondigd dat de hoorzitting tegelijk met een inpandige opname plaatsvindt. Belanghebbenden hebben dit geweigerd. De heffingsambtenaar verwijst naar de uitspraak van Hof Arnhem-Leeuwarden van 14 januari 2014 (ECLI:NL:GHARL:2014:236), waarin is geoordeeld dat de heffingsambtenaar bij zijn keuze om gelijktijdig met de inpandige opname een hoorzitting op locatie te houden niet dermate onzorgvuldig of onredelijk heeft gehandeld dat sprake is van een schending van de hoorplicht.
Het hof overweegt dat de bewoonster van de woning, één van de erven, anders dan in de aangehaalde uitspraak, geen toestemming heeft verleend om de hoorzitting in de woning te laten plaatsvinden. Toestemming van de bewoner is nodig, omdat er geen wettelijk voorschrift is waarin het recht is neergelegd om zonder toestemming een hoorzitting in de woning te houden. Het feit dat dit doelmatig zou kunnen zijn, doet hieraan niet af. Voor zover de heffingsambtenaar heeft willen stellen dat de bewoonster geen goede reden had geen toestemming te verlenen en deze weigering aldus voor rekening en risico van (alle) belanghebbenden dient te komen, oordeelt het hof als volgt. Het staat een bewoner in beginsel vrij om derden die geen wettelijk recht tot binnentreden hebben zonder opgaaf van redenen de toegang tot de woning te ontzeggen. Het is aan de heffingsambtenaar om voor het hoorgesprek een passende locatie te vinden en belanghebbenden op deze plaats uit te nodigen. Onder het begrip passend dient in ieder geval te worden verstaan dat alle beoogde deelnemers aan het hoorgesprek toestemming hebben deze plaats voor de duur van dat gesprek te betreden. Het lag op de weg van de heffingsambtenaar om een andere, passende locatie voor te stellen, nu belanghebbenden zich, ook na verzending van de uitnodiging, bleven verzetten tegen het houden van een hoorzitting in de woning. Gelet op het voorgaande is het hof van oordeel dat de heffingsambtenaar belanghebbenden niet in de gelegenheid heeft gesteld te worden gehoord.
 

Terug naar kennisbank

Deze website maakt gebruik van cookies

De noodzakelijke cookies zijn nodig voor het functioneren van de website. De statistiek-cookies verzamelen geen persoonsgegevens en helpen ons de site te verbeteren. Overige cookies zorgen voor een optimaal werkende website inclusief embedded content. Bekijk het cookiebeleid.