Vernietigde aanslag toch terecht als gevolg van achterhaalde jurisprudentie
Belanghebbende heeft een omgevingsvergunning aangevraagd. Hiervoor heeft de heffingsambtenaar van de gemeente Rotterdam leges geheven. Belanghebbende stelt dat hij geen leges is verschuldigd, en, gelet op een uitspraak van de Rechtbank Rotterdam uit 2015, dat sprake is van een willekeurige en onredelijke belastingheffing.
De rechtbank heeft de aanslag vernietigd op basis van een uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 7 september 2016 (ECLI:NL:GHDHA:2016:2592). De heffingsambtenaar heeft hiertegen beroep ingesteld.
Het hof oordeelt dat de hofuitspraak waarnaar door de rechtbank is verwezen, is vernietigd bij arrest van de Hoge Raad van 30 juni 2017 (ECLI:NL:HR:2017:1174) en later bevestigd (ECLI:NL:HR:2017:3035). Bij de rechtbank is geoordeeld dat belanghebbendes aanvraag om een omgevingsvergunning in behandeling is genomen, waarna hem de omgevingsvergunning is verleend, en voorts dat belanghebbende terecht is aangeslagen voor de leges. Belanghebbende heeft geen (incidenteel) hoger beroep tegen deze oordelen, noch tegen de daaraan ten grondslag liggende beslissingen, ingesteld. Het hoger beroep van de heffingsambtenaar slaagt.
DATUM:
10 juli 2018
ECLI:
ECLI:NL:GHDHA:2018:1771
ZAAKNUMMER:
BK-17/00429
INSTANTIE:
Gerechtshof Den Haag