Grondgebied gemeente Vlieland behoort tot beheersgebied

De heffingsambtenaar van wetterskip Fryslân heeft aan de gemeente Vlieland 2 aanslagen opgelegd. Het feitelijke onderhoud en beheer van de ringdijk om Oost-Vlieland is een taak van Rijkswaterstaat. Belanghebbende stelt dat haar grondgebied niet tot het beheersgebied van het waterschap behoort en dat het provinciale reglement van het waterschap op dit punt onverbindend dient te worden verklaard.
De rechtbank oordeelt dat het primaat tot het vaststellen van het gebied van een waterschap bij Provinciale Staten ligt. In artikel 2 van het provinciale reglement is bepaald dat het grondge-bied van belanghebbende tot het beheersgebied van het waterschap behoort. De heffingsambtenaar is dus heffingsbevoegd op het grondgebied van belanghebbende. De omstandigheid dat in een gedeelte van het gebied feitelijk minder beheerstaken worden verricht noopt er niet toe dat gedeelte uit te zonderen bij het bepalen van de omvang van het gebied. Belanghebbende miskent dat het waterstaatkundige beheer is verdeeld over de waterschappen en het rijk en dat de wetgever bij de totstandkoming van de Waterschapswet kennelijk niet de bedoeling heeft gehad om bepaalde gebieden van het werkingsgebied van een waterschap uit te sluiten.
Het standpunt dat het algemeen bestuur een eigen vrije bevoegdheid heeft om het eiland Vlieland buiten beschouwing te laten, vindt geen steun in de Waterschapswet. Afwijkende tarieven kunnen alleen worden vastgesteld voor buitendijks gelegen onroerende zaken, onroerende zaken gelegen in bemalen gebieden en onroerende zaken die in hoofdzaak bestaan uit glasopstanden.
De rechtbank oordeelt dat uit zowel de kostentoedelings-, als uit de belastingverordening blijkt dat het gebied buiten de primaire waterkeringen als buitendijks wordt aangemerkt. Met het begrip "primaire waterkering" wordt volgens het dagelijks spraakgebruik aangeduid de eerste waterkering die om een gebied heen ligt. De rechtbank oordeelt voorts dat het in zowel de Waterschapswet als in de kostentoedelings- en belastingverordening voor de kwalificatie van buitendijks niet van belang is of het waterschap feitelijk het beheer heeft over de waterkering. Aangezien met betrekking tot de ringdijk om Oost-Vlieland sprake is van een primaire waterkering, is alleen het gebied buiten deze waterkering buitendijks.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
 

Terug naar kennisbank

Deze website maakt gebruik van cookies

De noodzakelijke cookies zijn nodig voor het functioneren van de website. De statistiek-cookies verzamelen geen persoonsgegevens en helpen ons de site te verbeteren. Overige cookies zorgen voor een optimaal werkende website inclusief embedded content. Bekijk het cookiebeleid.