Vakantiepark is één bedrijfsruimte
Aan X is een aanslag zuiveringsheffing opgelegd voor een vakantiepark bestaande uit een manege en een bungalowpark. X stelt dat de groepsaccommodatie en de manege in eigendom zijn en worden geëxploiteerd door A BV, en dat het verbruik van deze ruimtes ten onrechte in de heffing bij X is betrokken. Verder is de infrastructuur van het bungalowpark eigendom van een stichting. Ten slotte zijn sommige recreatiewoningen in eigendom bij derden. Volgens het hof is het vakantiepark een naar aard en inrichting als één afzonderlijk geheel te beschouwen ruimte. Het vakantiepark wordt door X zelf ook als zodanig onder deze naam gepresenteerd en aangeduid. De woonruimten die voor recreatiedoeleinden zijn bestemd vormen op grond van de Verordening tezamen een onderdeel van deze bedrijfsruimte. De omstandigheid dat twee of meer (rechts)personen betrokken zijn bij het beheer of de exploitatie van deze bedrijfsruimte, maakt dit niet anders. Het gehele vakantiepark, met uitzondering van de woonruimten die niet voor recreatiedoeleinden zijn bestemd, vormt één bedrijfsruimte.
Terug naar kennisbankDATUM:
09 maart 2021
ECLI:
ECLI:NL:GHARL:2021:2191
ZAAKNUMMER:
19/01550 t/m 19/01553
INSTANTIE:
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden