Rioolrechten; kostentoerekening veegkosten en kapitaallasten

Belanghebbende heeft over het belastingjaar 1992 aanslagen rioolrecht ontvangen. In geschil is onder andere of veegkosten en kapitaallasten tot de aan de dienstverlening verbonden kosten kunnen worden gerekend. Daarnaast is de kostentoerekening inzake de verfijningsuitkering, de voorziening en de toevoegingen in geschil.
Volgens het Hof heeft de gemeente aannemelijk gemaakt dat door het vegen minder vuil in de riolering terecht komt, waardoor minder verstoppingen optreden, zodat minder kosten behoeven te worden gemaakt ter zake van onderhoud van de riolering en het leegzuigen van straat- en trottoirkolken. Een gedeelte van de kosten voor het vegen van wegen zijn derhalve terecht toegerekend. Ook de kapitaallasten, zijnde de kosten van afschrijving en rente, zijn terecht toegerekend. Daaraan doet niet af dat de kosten van nieuw aan te leggen riolering via de koopsom van grond aan koper in rekening wordt gebracht en er aldus geen kapitaallasten ontstaan (HR 12 januari 1994, nr. 29 597, BNB 1994/84). De verfijningsuitkering behoeft niet in aanmerking genomen te worden bij de berekening van de opbrengstlimiet, omdat die uitkering tot de algemene middelen behoort ten aanzien waarvan de gemeente bestedingsvrijheid heeft. Ook is het gemeenten toegestaan een voorziening te vormen in verband met investeringen wegens de periodieke vervanging van de riolering eens in de circa 50 jaar. De gevormde voorziening en de toevoegingen daarin in 1992 behoeven niet in aanmerking te worden genomen bij berekening van de opbrengstlimiet.

Terug naar kennisbank

Deze website maakt gebruik van cookies

De noodzakelijke cookies zijn nodig voor het functioneren van de website. De statistiek-cookies verzamelen geen persoonsgegevens en helpen ons de site te verbeteren. Overige cookies zorgen voor een optimaal werkende website inclusief embedded content. Bekijk het cookiebeleid.