Rioolrechten; onjuiste toerekening

Op grond van de Verordening rioolafvoerrecht Tilburg 1992 heft de gemeente Tilburg van gebruikers van eigendommen een rioolafvoerrecht. Wegens de afvoer van 381 m³ afvalwater op de gemeentelijke riolering is aan belanghebbende voor het jaar 1992 een aanslag van f 1805,95 opgelegd. Op grond van de verordening werd geen recht geheven van de gebruikers van woningen en van percelen van waaruit op jaarbasis minder dan 250 m³ per jaar werd afgevoerd. Dat betrof in 1992 67 728 percelen met een afvoer van ten minste 6 772 800 m³. Het met de heffing te dekken variabele gedeelte van de kosten van riolering is uitsluitend aan 819 belaste bedrijfspanden toegerekend. Naar 's Hofs vaststelling laat de verordening aldus 98,8% van de gebruikers van de riolering buiten de heffing, hoewel zij samen ten minste de helft van de totale hoeveelheid afvalwater afvoeren.
HR: met juistheid heeft het Hof geoordeeld dat door het in het geheel niet in de heffing betrekken van 98,8% van de gebruikers aan wie ten minste de helft van het gebruik van de riolering moet worden toegerekend, zonder dat daarvoor een objectieve en redelijke rechtvaardigingsgrond is gegeven, de verordening onverbindend is wegens strijd met het in art. 1 Grondwet tot uitdrukking gebrachte algemene rechtsbeginsel dat gelijke gevallen gelijk moeten worden behandeld.
 

Terug naar kennisbank

Deze website maakt gebruik van cookies

De noodzakelijke cookies zijn nodig voor het functioneren van de website. De statistiek-cookies verzamelen geen persoonsgegevens en helpen ons de site te verbeteren. Overige cookies zorgen voor een optimaal werkende website inclusief embedded content. Bekijk het cookiebeleid.